Plaspil helpt bij prikkelverwerking
Veel kinderen met een autisme spectrum-stoornis gebruiken zware medicijnen als Ritalin of antipsychotica. Daarmee kunnen ze prikkels beter onderdrukken. Nu blijkt uit onderzoek van kinder- en jeugdpsychiater Prof. Dr. Hilgo Bruining dat een goedkope plaspil het probleem echt kan oplossen: bumetanide. De plaspil heeft veel minder bijwerkingen.
Kinderen met autisme hebben vaak teveel chloor in hun hersencellen. Dat verstoort de communicatie tussen de cellen. Bij kinderen zonder ASS verdwijnt het chloor snel na hun geboorte. Bij kinderen met ASS verdwijnt chloor als je de plaspil slikt. Dat kon Bruining zien op EEG’s van de hersenen van deze kinderen. Zo kon hij het effect van bumetanide meten. Dankzij bumetanide kan het brein prikkels beter verwerken. Kinderen kunnen zich beter op school concentreren en worden bijvoorbeeld minder snel boos. Met een EEG kun je voorspellen bij welke kinderen bumetanide gaat helpen.
Aan het onderzoek deden 92 tieners mee. Ongeveer de helft kreeg een placebo, de andere helft bumetanide. Niet alle kinderen hadden iets aan de bumetanide. Daarom gaat het team van Bruining alle kinderen apart onderzoeken om te kijken of bumetanide ze helpt. De kinderen wilden graag meewerken aan het onderzoek omdat ze graag van hun zware medicijnen af willen. Bruining verwacht dat hij kinderen met ASS in de toekomst met een persoonlijk medicijnplan kan behandelen. Ook sommige kinderen zonder ASS kunnen baat hebben bij bumetanide.